Interview met Harmen Het ontstaan van Meet je Stad

languages: ennl

door Marjolein en Henriëtte 21 oktober 2023

Op de website https://dewar.nl/ staat de volgende informatie met betrekking tot de WAR:

“De WAR is een veelzijdige broedplaats voor kunst, wetenschap en innovatie in Amersfoort. In gemeenschappelijke werkplaatsen, ateliers, kantoor- en publieksruimtes werken mensen aan onderzoek, kunst, techniek en duurzaamheid. Ze ontwikkelen experimenten, geven voorstellingen, houden lezingen, ontmoeten elkaar, leggen nieuwe verbindingen, werken, praten, eten en drinken wat met elkaar.”

Omdat we nieuwsgierig waren naar het ontstaan van Meet je Stad hebben we Harmen geïnterviewd. Meet je Stad is een project van de Coöperatieve Universiteit van Amersfoort dat weer onderdeel is van de WAR. https://universiteitamersfoort.nl/nl/home Wie zijn er bij betrokken en hoe is het ontstaan?

In 2007 werd er begonnen met Open Toko’s voor kunstenaars en uitvinders die daar hun werkstukken konden maken. In 2010 hoorden ze over FabLabs: open werkplaatsen met computer gestuurde machines met opensource software waar je werkstukken kan maken. Daar is een heel netwerk van en het is ontstaan in Amerika bij het MIT in Boston. Omdat alles digitaal is kan je ideeën ook makkelijk uitwisselen. De WAR was een prima plek om ook een FabLab te beginnen. Kosten 2 ton. Oeps. Om dat te financieren dat lukte niet. 

In de Open Toko kwamen elke maand ongeveer 30 mensen werken. Diana en Harmen maakten er bewegende kunstwerken. Als ze ergens kennis over misten organiseerden ze een workshop en nodigden ze kennissen en vrienden uit. En jawel, er was iemand bij die het kon uitleggen dus met z’n allen gaan googlen en het uitzoeken dat was niet nodig. Toen kwam het idee van FabLab weer boven. Ze hadden al een ruimte, die hoefden ze niet te huren. Als ze 1x per week open zouden zijn met een vrijwilliger hoefden ze geen personeel in te huren en geen manager aan te stellen. Ze hoefden dan alleen maar de machines aan te schaffen. Die konden de kunstenaars delen. Voor 3000 euro vonden ze een lasersnijder op marktplaats. Daarmee maakten ze andere machines. Uiteindelijk hadden ze voor 5000 euro een FabLab ipv 2 ton.

Dat was leuk: wat kan er nog meer!!! Er ontbrak in Amersfoort nog een universiteit. In 2011 werd de Coöperatieve Universiteit van Amersfoort gestart. Een universiteit is een plek waar mensen kennis delen en proefjes doen. Dat deden ze vroeger zonder grote gebouwen. De betrokken deelnemers bedachten dat dit ook nu nog wel zou kunnen. Hiervoor bood de WAR namelijk voldoende ruimte. Bij de officiële universiteiten zijn de wetenschappers tweederde van hun tijd kwijt aan sponsoren zoeken, stukken schrijven en publiceren en het proberen te winnen van de concurrent. Dat is bij de Universiteit van Amersfoort niet nodig: kennis wordt namelijk onderling gedeeld en de deelnemers hebben er meteen plezier en profijt van.

De Universiteit van Amersfoort is een Coöperatieve Universiteit geworden. De constructie is vergelijkbaar  met hoe vroeger vaker werd gewerkt. Zo konden (en kunnen!) boeren vroeger bv. niet alle machines zelf aanschaffen. Door het oprichten van een coöperatie en gezamenlijk gebruik te maken van de machines zijn de kosten lager en staan machines die incidenteel gebruikt worden niet heel veel stil. Zo werkt ook de Coöperatieve Universiteit van Amersfoort: wetenschappers delen hun kennis en gebruiken omstebeurt de ruimtes en machines. Op deze manier ontstaat nieuwe kennis en ervaring.

Andere bedrijven ontstaan vanuit een coöperatie zijn bijvoorbeeld: Rabobank, Unive en Coop. Hier wordt dus nog steeds gebruik van gemaakt!

De Universiteit van Amersfoort wil gebruik maken van burger-wetenschap: kennis overdracht van en door mede-burgers. Niet door wetenschappers in ivoren torens.

In 2012-2013 was het eerste project: het historische watermanagement systeem. Nederland had tot de laatste jaren altijd teveel water. Dat wordt nog steeds in kanalen gepompt en afgevoerd naar zee. Maar in de middeleeuwen had je nog geen uitgebreid netwerk van molens die polders droog pompten. Toen groeven akkerbouwers een gootje dat ze bij droogte vol lieten lopen met vruchtbaar water uit de grond en lieten dat naar drogere plekken lopen. En bij te veel water lieten ze het water via gootjes wegstromen. Vloeiweiden heet dat. Onder leiding van Eric Brinckmann is er een studie opgezet naar een gebied in Leusden: Groot Zandbrink. Hoe vloeiweiden werken lees hier:

https://klimaatadaptatienederland.nl/actueel/actueel/interviews/historische-watersystemen-heel-ingenieus/

In 2014 kwam Daniel Joppe, die ook mee doet aan de Universiteit van Amersfoort, tijdens een informatie avond bij de observant in contact met Sandra Sijbrandij. Sandra Sijbrandij houdt zich bij de gemeente Amersfoort bezig met het klimaat adaptatie beleid. Daniel bracht Sandra in contact met Harmen en Diana. Sandra wilde meer kennis over het klimaat in de stad + ze wilde de burgers erbij betrekken. Bij meten door een officieel bureau dan komt het niet bij de burgers. Daarom ging Sandra in zee met de Coöperatieve Universiteit van Amersfoort. Harmen en Diana schreven een plan. En dat werd het project Meet je Stad waar burgers zelf een meetkastje solderen en ergens in Amersfoort, vaak hun tuin, ophangen.

Door de opgedane kennis tijdens de soldeer-workshop zijn ze in staat om het kastje werkend te houden óf om hulp te vragen bij andere leden van de community. Vaak gaat het dan om het vervangen van batterijen, spinnen verwijderen, een losgeraakt kabeltje vast solderen of een eenvoudige druk op de reset-knop.

Meet je Stad is dus een project van de Universiteit van Amersfoort.

Foto: De plek waar het begonnen is.

20231021 Het ontstaan van MeetJeStad.jpg